Ravijnen. Brr … doodeng. Ze verschijnen in je dromen en soms ook in het echt. Toen ik voor het eerst ‘RAVIJNJAAR’ hoorde van een beleidsadviseur, uitgesproken met een veelbetekenende blik erbij, wist ik er dat er rampen op ons af zouden komen. In 2026. Zo erg dat we al in de aanloop daarvan rekening moesten houden met kommer en kwel. ‘We’, dat zijn gemeentes die zich geplaatst zien voor bezuinigingen, die zeker ook niet ongemerkt voorbij zullen gaan aan de burgers. Er wordt op voorgesorteerd, er worden verdragen opgezegd, nieuwe ontwikkelingen stopgezet. Het noemen van ‘het ravijnjaar’ moet genoeg zijn om ons allemaal de stuipen op het lijf te jagen. Verlammend!?
Op zoek naar informatie over wat er nu precies aan de hand is, las ik bijvoorbeeld ook dat het tekort aan gemeenteambtenaren groeit en dat daardoor de dienstverlening voor inwoners in gevaar komt. Burgers zullen dit tekort opmerken en zonder voldoende en goed gekwalificeerde medewerkers kunnen taken niet worden uitgevoerd. Divosa meldt: ‘Uitvoering sociaal domein staat op knappen. ’De Arbeidsproductiviteit van de overheid is verder gedaald’, meldt PwC in een recent onderzoek.
Daarnaast maken veel gemeentes zich zorgen over beperkte budgetten, over meer moeten doen met minder geld en het komende pensioen van een groot aantal deskundige ambtenaren. In het recent-verschenen RIVM-rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2024 (VTV-2024). Kiezen voor een gezonde toekomst, beschrijft het RIVM vijf grote opgaven op weg naar 2050. Ook schetst de VTV-2024 een aantal mogelijke maatregelen om deze opgaven aan te pakken. Daarin wordt duidelijk dat Nederland nog niet goed is voorbereid op deze opgaven. Het laat ook zien dat de opgaven met elkaar samenhangen, en dus gezamenlijk moeten worden aangepakt. Daarom is een standvastig gezondheidsbeleid nodig, met concrete doelen.
Kiezen voor een gezonde toekomst betekent dat beleid lange tijd wordt volgehouden. Dat op preventie wordt ingezet. Niet houtje-touwtje, hap snap, kleine projectjes zonder vervolg. Het is ook belangrijk dat beleid dat er al ís, zoals het anti-rookbeleid of beleid dat mensen stimuleert om te bewegen, blijft bestaan en wordt uitgebreid. En dat rekening wordt gehouden met bijvoorbeeld armoede of slechte woonomstandigheden. Evaluatie is nodig om lessen te leren voor de toekomst.
De vergrijzing is en blijft voorlopig de belangrijkste maatschappelijke opgave voor de volksgezondheid. Gevolgd door gezondheidsverschillen. Het derde probleem: jongeren en een ongezonde leefstijl, dan volgt goede zorg en hoe deze geleverd kan worden als de vraag stijgt en het aantal beroepskrachten afneemt, net als het aantal mantelzorgers. Het vijfde punt is leefomgeving en de voorbereiding op klimaatverandering. De maatschappelijke discussie voeren over welke behandelingen, zorg en beslissingen rondom het levenseinde nodig en gewenst zijn. Tegelijkertijd zijn veel ouderen na de pensioenleeftijd vitaal. Het is daarom belangrijk dat wij ouderen – gewoon meedoen in de samenleving en een grotere bijdrage leveren. Hoe? Het lijkt wel alsof landelijke beleidsmakers met een grote boog om ons heen lopen. Ik noem dat verwaarlozing. We heten ‘onze ouderen’! Dat wel. Brr…
Laten we het gesprek eindelijk, stevig, breed en resultaatgericht starten. De tijd van vrijblijvendheid en wegkijken is allang voorbij. En laten we daarna snel de stap van theorie naar uitvoering maken. We weten hoe het zit, nu de oplossingen nog. Ook vast zure en pijnlijke. Voordat we in negativiteit – het ravijn – belanden.
Een blog van Anjo Geluk-Bleumink, voorzitter Denktank 60+ Noord, een (netwerk)organisatie die uitsluitend met vrijwilligers werkt. Januari 2025.